|
Home
Podium
Politiek
Religie
Hindoeisme
Islam
Suriname
India
Liefde
Jongeren
Literair
Poezie
Zeepkist
Gastenboek
Links
Disclaimer
Contact
Kritisch Podium DewanandZeepkist
“Rampen als voorspoed”
Offeraar Dewanand
Offercode art123
Offerdatum vrijdag 10 april 1998
“Hallo, hoe gaat het met jou”. Dit
zijn vaak de eerste woorden tijdens het weerzien van twee menselijke wezens.
Het antwoord op deze vraag is meestal zakelijk, en luidt over het algemeen
alsvolgt: “Goed, en met jou”. Er wordt over en weer dus geïnformeerd naar
de dagelijkse gang van zaken, want men wil graag de stand van de levensbarometer
weten. De wijzer ervan kan op zeer goed, goed, redelijk, slecht of zeer
slecht staan. Over het algemeen is het sociaal niet geaccepteerd om eerlijk
te vertellen hoe het gaat, want er is bij iedereen weleens wat mis. Een
kleine of grote ramp overkomt elk gezond mens regelmatig. Mensen zijn in
het algemeen gesteld op goed nieuws. Iemand die bijvoorbeeld altijd hsijn
problemen rondbazuint, hoeft echt niet te rekenen op enthousiaste reacties
van anderen, want mensen zijn geneigd om probleemfiguren te vermijden en
zoveel mogelijk te ontwijken. Veel mensen in nood ervaren dat opeens alle
vrienden en liefste vriendinnen, geen tijd meer hebben of gewoon geen kontakt
meer willen. “Zoek het maar uit”, zegt men zonder woorden, waardoor de ramp
emotioneel wordt versterkt en het slachtoffer sterk het gevoel krijgt dat
hsij alleen ervoor staat en het helemaal alleen moet oplossen. Het wordt
dan een kwestie van je ramp overleven of sterven. Hierbij ontstaat de vraag
of een ramp gezien kan worden als goed of als slecht. Is een ramp voorspoed
of is het tegenspoed? Moet een intelligent mens blij zijn dat hsij een ramp
over de nek heeft gekregen en door een diep dal vol ellende moet kruipen
om het te kunnen overleven?
Een ramp kan alsvolgt gedefinieerd worden: een aantoonbare gebeurtenis die het voortbestaan in gevaar brengt of kan beëindigen. De middelen van bestaan kunnen bijvoorbeeld sterk gereduceerd worden, waardoor de overlevingskans verminderd is. Of de leefomgeving is beschadigd, zodat een hele soort uitsterft.
Stel dat er geen rampen bestonden. De ergste ramp die een mens kan overkomen is de dood. Er bestaat een sprookje over een land waar de mensen niet dood konden gaan. Iedereen in dit land is gezond, intelligent, ontwikkeld en leeft vrij. Het ironische van dit sprookje is dat in dat land de zelfmoordpil het meest gebruikt werd, omdat velen ongelukkig waren en dood wilden gaan, maar dat niet konden. Hoe is deze situatie te verklaren? Misschien verlangt de mens toch naar de ergste ramp ter wereld, de dood, of zit het anders. Leven en doodgaan zijn twee extreme tegenpolen. Net als goed en slecht, positief en negatief, hoog en laag, enz. Het zijn feitelijk binaire existentieniveaus van het menselijk bewustzijn. Een menselijk wezen heeft een zekere intelligentie in zich en kan daardoor de buitenwereld en zichzelf binair analyseren. Uit deze analyse volgt dan een conclusie, die weer op binaire wijze wordt geanalyseerd en geïnterpreteerd. Doodgaan wordt meestal als levensbedreigend, en negatief ervaren en doorleven als positief. In het land waar niemand meer dood kan gaan, bedreigt de dood de mens niet meer, waardoor doodgaan niet meer negatief wordt ervaren, na de binaire analyse ervan. Het doodgaan wordt met positiviteit geassocieerd, en verder leven met negativiteit. Het lijkt er in zekere zin op dat mensen wel behoefte hebben aan rampen, omdat zij binair kunnen denken. Als het altijd goed zou gaan, zou het op den duur toch slecht gaan. Kan daarom een ramp als voorspoed worden gezien? Zou iemand die morgen levend verbrand wordt of op de elektrische stoel wordt geëxecuteerd, je lachend en hoopvol vertellen dat het uitstekend gaat en dat hsij nog nooit zo gelukkig is geweest? Iemand uit het land van het eerdergenoemd sprookje zou wel zo reageren. Dit illustreert duidelijk dat de interne referentie van het bewustzijn alles bepaalt bij het beoordelen van catastrofes.
In de natuur zijn catastrofes heel normaal. Denk maar aan een vulkaanuitbarsting, waarbij vele miljoenen dieren, bomen en andere planten compleet worden vernietigd. Of een tyfoon die het leven in een groot gebied verwoest. Of aan de krokodil die een jong hertejong meedogenloos vermoord en opeet. Ondanks al deze rampen bestaat de natuur voort. Een dier of plant gaat anders om met rampen dan een mens. Dit is iets wat waarschijnlijk veroorzaakt wordt door de met intelligentie behepte mens. Wat zou de mensheid doen als er over tien jaar een grote asteroïde op aarde zou ploffen en 99 procent van het leven zou uitroeien? De hele mensheid zou zich massaal bundelen en er alles aan doen om dit te voorkomen. Vele honderden miljoenen zouden besteed worden aan het internationaal reddingsprojekt om de dood van de hele mensheid te voorkomen. Maar de dieren en planten zouden zich nergens van bewust zijn en zich dan ook nergens om druk maken, totdat zij allen weggevaagd zijn. De mens probeert altijd om een naderende ramp te ontwijken, te voorkomen of in hsijn voordeel te benutten. Voortbestaan is iets wat zeker centraal staat in het leven. Alle gebeurtenissen die het voortbestaan kunnen beëindigen ziet de intelligente mens als een kleine of grote ramp.
Kan een ramp het leven ten nut zijn?
Beschouw eens enkele echte catastrofes. In de Tweede Wereldoorlog zijn
er bijvoorbeeld zes miljoen Joden uitgeroeid door de fanatieke aanhangers
van wijlen Adolf Hitler. De Joden stonden destijds echt op het punt om
totaal uitgeroeid te worden, maar werden op het laatste nippertje gered
door de geallieerden. Deze redding had vele gevolgen. Zo kregen zij een
eigen staat, na tweeduizend jaar als ontheemden te hebben geleefd in Europa.
Zij deden er vervolgens alles aan om hun toekomst op te bouwen en hun
voortbestaan veilig te stellen. Intensieve samenwerking, totale mobilisatie,
een versterkt identiteitsgevoel en een nieuwe overlevingsstrategie waren
het motto van de Joden die de concentratiekampen van Hitler hadden geproefd.
De Hitler-ramp heeft de Joden totaal veranderd. Na de oorlog was het zelfbewustzijn
van hen ontzettend versterkt en zij begonnen op een respectabele wijze
een nieuwe staat op te bouwen. Heden ten dage hebben de Joden weer hoop
en weten dat zij wel iets waard zijn. De Joodse taal, cultuur en traditie
bloeien als nooit tevoren. Zij leven voort en zijn overwegend optimistisch
gestemd. Was de Hitler-ramp dan toch goed voor de Joden? Was deze ramp
feitelijk hun voorspoed. Er zijn theorieën dat Hitler feitelijk alles
voorzien had en de Joden het beste toewenste. Daarom besloot hij om een
deel van de Joden uit te roeien, zodat de Joodse eenheid versterkt zou
worden. Als dit waar is dan was Hitler geen jodenhater, maar wilde hij
de Joden juist helpen om te overleven. De diaspora heeft vele gezichten.
Een ramp kan nuttige gevolgen hebben. Na de ramp zijn de zwakke kanten versterkt of vernietigd. De sterke kanten zijn nog sterker geworden, waardoor het voortbestaan is bevorderd. Dit is de feitelijke invloed van een ramp op een levend wezen. Vorig jaar had ik bijvoorbeeld een interessant gesprek met een blanke Nederlandse jongen van 22. Hij was opgegroeid zonder problemen, in welvaart en had nooit een tegenslag ervaren. Dus keek hij naar mij en zei: “Ik heb niets gemist in het leven”. Ik legde hem uit dat hij ongelijk had. Dat verbaasde hem. “Jij hebt armoede en ellende gemist”, legde ik hem uit, waarop hij mij gelijk gaf. Hij zat behoorlijk rood bij de bank, maar wist niet hoe hij dat kon voorkomen, omdat hij gewend was aan een luxueus en duur leventje. Als hij eerder armoede had gekend was alles heel anders gegaan in zijn leven. Een ramp kan het leven van een mens verrijken en hsijn ontwikkeling versterken. Na iedere overlevingsstrijd wordt de overlevingskracht versterkt, zodat het voortbestaan nog zekerder wordt. Juist hierom mag een mens met veel problemen en ellende heel blij zijn. Hsij is gewoon een gezegend wezen, dat steeds sterker zal worden, en op het eind misschien over bovenmenselijke capaciteiten kan beschikken.
Een ramp bestaat uit drie fasen, namelijk:
1. De fase ervoor.
2. De fase dat de ramp zich voltrekt.
3. De fase dat de ramp voorbij is.
Voor een ramp kan het leven heel mooi en onbezorgd
zijn, want men is zich van geen kwaad bewust. Alles loopt op rolletjes
en er zijn waarschijnlijk geen problemen, die de nachtrust verstoren.
Dan keert het tij. De beste rampen komen als donderslagen bij heldere
hemel. Zo opeens op een stralende dag ontstaat er een probleem, dat een
tijdperk van problemen en ellende aankondigt. Tijdens dit voltrekken hoeft
een mens zich van geen kwaad bewust te zijn. Iemand wiens arm wordt weggerukt,
voelt op het moment dat het gebeurt niets, omdat er een verdovende stof
wordt aangemaakt in de hersenen. De daadwerkelijke uitvoeringsfase van
een ramp is meestal heel kort. Een goede ramp geschiedt in enkele milliseconden
en laat een bloedig spoor van pijn, verdriet, ontgoocheling en verbijstering
achter. “Waarom moest dit mij nu overkomen”, is een veel gehoorde uitlating
na de uitvoeringsfase van een ramp. De mens is totaal verbijsterd en ontzet
als er een levensbedreigende gebeurtenis heeft plaatsgevonden. Hsij reageert
nooit met de woorden: “Heerlijk zo’n ramp, nu de volgende.” Nee, de mens
bedriegt zichzelf door te zeggen: “Het is voorbij, nu zal de zon weer
voor eeuwig schijnen”. Maar de zon schijn nooit eeuwig. Het lijkt alsof
mensen hun intelligentie helemaal niet gebruiken, doordat zij zich niet
realiseren dat er altijd een statistische kans bestaat dat het eens goed
mis kan gaan.
Meestal is er tijdens een ramp geen tijd om goed na te denken en wordt er impulsief en reflexmatig gehandeld. De mens wordt eventjes met hsijn rug tegen de muur gezet, waarna ettelijke kogels worden afgevuurd, die elk leiden tot een traumatisch gevoel. Pas als de rook is weggewaaid begint hsij het slagveld te bekijken en wordt alles geregistreerd en binair geanalyseerd. Meestal is de allereerste conclusie dat er een groot probleem is ontstaan en dat het puin nu geruimd moet worden. Er kan dan een tijdperk van extreem pessimisme ontstaan. Men weet niet meer hoe verder te gaan. Alles is zwart en duister. Het liefste goed kan vernietigd zijn, waardoor er geleden wordt. Is de destruktie die wordt waargenomen goed of slecht? Deze vraag wordt zelden gesteld, want men ziet het altijd als slecht. De reële verwoesting leidt tot extreem lijden. De schade is soms niet geheel te overzien, waardoor er speculatieve schade ontstaat, doordat er grenzeloos gefantaseerd wordt over de destruktie. Zo dachten veel Joden na de bevrijding dat zij geheel uitgeroeid waren. Dit gefantaseer kan tot creatieve oplossingen leiden, zoals zelfmoord of apathie. Het grenzeloos lijden kan echter een verlangen doen ontstaan naar grenzeloos genot. Lijden en genot zijn namelijk binaire tegenpolen en creëren een bepaald bewustzijnsniveau. Iemand die hsijn hele leven alleen geleden heeft en alleen haat, pijn, honger, kou en isolatie kent, zal iets als liefde heel anders beleven, dan iemand die alleen warmte en voorspoed heeft gekend. De ontberingen, kunnen ertoe leiden dat er waardering en eerbied ontstaat voor kleine alledaagse zaken, zoals simpel voedsel, een spaarsaldo van een tientje of een eigen sociale kring. Dit illustreert dat lijden een mens laat vooruitgaan, en dat het feitelijk als voorspoed kan worden gezien. Toch wil niemand dit zo zien, want de normale mens wil alleen genieten en doet er alles aan om dit genot voort te zetten. Feitelijk bestaat het leven uit een natuurlijke afwisseling van lijden en genot, hoewel niemand dit zo aanschouwt.
Een ramp luidt een tijdperk in van extreem pessimisme en soms zelfs oneindig lijden. Door het binaire karakter van het menselijk bewustzijn is er een soort behoefte aan evenwicht, waardoor pessimisme vrijwel altijd moet worden gecompenseerd met optimisme. Dit impliceert direkt dat een tijdperk van extreem pessimisme een verlangen en onweerstaanbare behoefte schept naar extreem optimisme. Extreem lijden schept dus de kiem van extreem genot. Als dit waar is, dan kan gesteld worden dat er zonder lijden geen genot kan bestaan, en dat er zonder rampen geen voorspoed kan ontstaan, als er binair wordt geanalyseerd. Waar leidt dit allemaal toe?
Adolf Hitler heeft in zijn jeugd extreem
geleden en zat met een seksueel probleem. Door dit alles ontstond er een
behoefte bij hem om eens rijk, oppermachtig en supermannelijk te worden,
dus om eens extreem te kunnen genieten. En dat lukte hem ook, tenminste
dat mag verondersteld worden. Een ander voorbeeld is Bill Gates.
Hij had op een dag niet eens genoeg geld om een droog broodje te kopen,
en was dus extreem arm. Hij verlangde naar extreme rijkdom en besloot
om dat na te streven en ook daadwerkelijk te verwezenlijken; nu is hij
de rijkste man van de wereld. Echt ongelooflijk om te zien hoe een ramp
kan leiden tot extreme voorspoed. Mensen zullen helaas nooit een ramp
met voorspoed associëren, want dat druist tegen hun natuurlijke binaire
programmering in. Een mens denkt in termen van positief en negatief, waardoor
het heel belangrijk is om onderscheid te kunnen maken tussen goed en kwaad.
Normaliter is een ramp gewoon slecht, en is voorspoed altijd goed, maar
welke ramp goed is wordt geheel bepaald door het existentieniveau van
het bewustzijn, dat namelijk een referentiekader bevat en alles onderling
relativeert. Dit relativeren is heel belangrijk, want juist daardoor kan
extreem lijden gecompenseerd worden met extreem genot.
Uit het voorgaande kan op een bepaalde manier gezegd worden worden dat pessimisme de kiem voor optimisme is. Beide binaire polen hebben elkaar nodig. Toch zal vrijwel niemand die geniet behoefte hebben aan lijden. Maar iemand die lijdt heeft wel behoefte aan genot. Dit is heel vreemd en kan kennelijk verklaard worden door de primitieve biologische programmering van de mens, want lijden is in het algemeen nadelig voor het voortbestaan. Hierbij denk ik bijvoorbeeld aan een jonge student die mij uitlegde dat een snee in zijn vinger zijn leven met enkele dagen verkortte. De doorsnee mens ziet lijden dus als nadelig en zelfs slecht. Hoe slecht is lijden, is een vraag die je niet aan een mens moet vragen, want iedereen wil genieten. Genot heeft een levensverlengende invloed. Iemand die bijvoorbeeld vanaf hsijn jeugd alleen maar haat en sociale verstoting kent, en daardoor op het punt staat om zelfmoord te plegen, zal ontzettend genieten van een beetje menselijke warmte en daardoor weer zin krijgen in het leven.
Rampen zijn op een bepaalde manier essentieel voor
het menselijk bestaan en zelfs haar voortbestaan. Juist door de tegenspoed
die een ramp teweeg kan brengen, ontstaat er een besef dat er ook voorspoed
en genot bestaat, en dat dat nagestreefd moet worden, om het eigen voortbestaan
te verzekeren. Geen enkel mens waardeert een ramp tegenwoordig, hetgeen
waarschijnlijk veroorzaakt wordt door het ingebakken streven van een levend
wezen om alleen te willen voortbestaan. De mens is zich van dit streven
binair bewust en probeert daarom aktief voort te bestaan, desnoods op
een meedogenloze wijze en ten koste van anderen. Ondanks hsijn intelligentie
zal de mens een ramp nooit als voorspoed zien. Dit kan als eindconclusie
gezien worden van deze binaire analyse van het menselijk bewustzijnsniveau.
Home
Podium
Politiek
Religie
Hindoeisme
Islam
Suriname
India
Liefde
Jongeren
Literair
Poezie
Zeepkist
Gastenboek
Links
Disclaimer
Contact
Kritisch Podium DewanandZeepkist
Alle rechten voorbehouden; All rights reserved
|
|